DOI: 10.5553/TFPP/295044302023001001014

Tijdschrift voor Forensische Psychiatrie en PsychologieAccess_open

Verdedigd

N. Verstegen, Hurt people hurt people: Characteristics and impact of inpatient aggression in forensic mental health care ­(Maastricht University, 6 juli 2023)

Auteurs
DOI
Toon PDF Toon volledige grootte
Auteursinformatie Statistiek Citeerwijze
Dit artikel is keer geraadpleegd.
Dit artikel is 0 keer gedownload.
Aanbevolen citeerwijze bij dit artikel
Annabel Simjouw. (2023). N. Verstegen, Hurt people hurt people: Characteristics and impact of inpatient aggression in forensic mental health care ­(Maastricht University, 6 juli 2023). Tijdschrift voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (1) 1, 125-126.

Dit artikel wordt geciteerd in

      Op donderdag 6 juli promoveerde Nienke Verstegen, onderzoeker bij de Van der Hoeven Kliniek. Voor haar proefschrift Hurt people hurt people: Characteristics and impact of inpatient aggression in forensic mental health care deed ze onderzoek in de drie locaties van de Van der Hoeven Kliniek in Utrecht en Amersfoort. Ze analyseerde voor haar onderzoek duizenden agressie-incidenten en interviewde 9 tbs-patiënten en 25 medewerkers.
      Het promotieonderzoek richtte zich op agressie-incidenten in de forensische zorg. Eerder onderzoek heeft laten zien dat professionals in de zorg last kunnen hebben van incidenten met agressie. Gevolgen van blootstelling aan agressie kunnen het ervaren van emoties als woede en angst zijn of het ontwikkelen van symptomen van posttraumatische stressstoornis. In het veld van de forensische zorg is er echter nog weinig bekend over de impact van agressie-incidenten op medewerkers, en ook niet op de patiënten die erbij betrokken zijn of er getuige van zijn.
      Enkele voorbeelden van incidenten met agressie zijn schelden, slaan, schoppen en spugen. Er was nog weinig bekend over de aard en omvang van deze incidenten. Welke patiënten vertonen vooral dit gedrag? Hoe is het voor medewerkers om geconfronteerd te worden met agressieve patiënten? En: wat is de impact op andere patiënten? Hoort deze agressie bij het werk of is er behoefte aan psychische hulp? Wat doet agressie op een afdeling met andere patiënten?
      De belangrijkste bevindingen van het onderzoek zijn dat zowel verbale als fysieke agressie vaak voorkomt, maar ook zogenaamde ‘micro-agressie’. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een subtiele maar beledigende opmerking of een grapje dat eigenlijk geen grapje is. Daarmee is het een vorm van agressie die niet altijd opgemerkt wordt, terwijl deze wel degelijk impact heeft. Verder blijkt dat vooral patiënten die zichzelf beschadigen vaker fysieke agressie naar anderen vertonen, zoals aan haren trekken, slaan en schoppen. Hierbij valt op dat zelfbeschadiging vooral voorkomt onder vrouwelijke patiënten. Ook zijn zij, vergeleken met mannelijke patiënten, vaker geneigd anderen gewelddadig te bejegenen.
      Medewerkers en patiënten rapporteren grotendeels dezelfde gevolgen na blootstelling aan agressie. Ze ervaren onder andere angst en boosheid en hebben het gevoel dat ze altijd op scherp moeten staan. Beide groepen lopen het risico om getraumatiseerd te raken. Tegelijkertijd worstelen medewerkers soms met de plek die agressie inneemt in hun werk. Hoort het er gewoon bij en moeten ze er ‘dus’ tegen kunnen? Of moeten ze eerder aan de bel trekken en om hulp vragen?
      Het onderzoek van Nienke biedt inzicht in de aard en omvang van de incidenten. Ook heeft Nienke aanbevelingen gedaan die van waarde zijn voor de dagelijkse praktijk. Het onderzoek laat zien dat de kans op (her)traumatisering in de forensische zorg aanwezig is. Dat geldt voor zowel medewerkers als patiënten. Het is daarom van belang dat forensische zorginstellingen zich meer bewust worden van het risico op trauma en speciale richtlijnen ontwikkelen om (her)traumatisering zo veel mogelijk te voorkomen en te beperken. Ook zouden forensische zorginstellingen meer onderzoek moeten doen naar middelen die op persoonlijk, team- en organisatieniveau kunnen worden ingezet om met agressie om te gaan.

      Een samenvatting van het proefschrift is te lezen in het IN PRESS proefschrift magazine: https://inpress.studiowetenschap.nl/nienkeverstegen/#page=1


Print dit artikel